Aswoensdag is in de katholieke traditie het begin van de 40
dagen durende Vastentijd, die loopt tot en met Paaszaterdag. Vanaf
Aswoensdag tot Pasen zijn er veertig vastendagen, waarbij de zondagen niet
worden meegerekend.
Op
Aswoensdag laten katholieken en sommige protestantse gelovigen in de kerk een
kruis met as op hun voorhoofd tekenen, het zogenaamde askruisje. Terwijl de priester
het askruisje zet, zegt hij: "Gedenk, mens, dat je stof bent en tot stof
zult wederkeren" of in het Spaaans "Acuérdate de que eres polvo y al polvo volverás"
In
de vroege middeleeuwen werd het opleggen van as bij de mannen over het gehele
hoofd en bij de vrouwen het voorhoofd gestrooid als start van de boetetijd. Dit
ritueel was enkel bestemd voor zondaars die tot boete werden veroordeeld. Later
werd dit een algemeen gebruik omdat men ervan uitging dat iedereen tegen God of
zijn medemensen gezondigd had.
Als
teken van berouw en vasten komt het gebruik van as in de Bijbel veelvuldig
voor. De boeteling strooide zich as over het hoofd. Vaak ging hij daarbij
gehuld in een zak, die als boetekleed werd gedragen. Vandaar de uitdrukking
"in zak en as zitten".
Bron wikipedia
Bron wikipedia
Begraven van de Sardine op Aswoensdag |
In
veel steden in Spanje zal op Aswoensdag, ook wel het einde van het
carnaval, de Sardine begraven worden. De ontberingen van het vasten worden in
Spanje al eeuwenlang gesymboliseerd door de Sardine. En deze wordt, in een kistje,
jaarlijks ten grave gedragen, wat Entierro de la Sardina wordt genoemd.