Panallets |
Op 1 november vieren
de Spanjaarden “Día de todos los Santos" een dag waarop men de overleden
familieleden en dierbaren herdenkt. Heel de familie gaat dan naar het kerkhof
om daar bloemen neer te leggen op de graven en nissen van de overledenen. De
week voordien is het op de kerkhoven een drukte van familieleden die de graven
oppoetsen en opsmukken met nieuwe bloemstukken. Bloemen zijn duur in Spanje
maar die dagen is het kerkhof één bloemenpracht. Dit gebeuren is vergelijkbaar
met wat we in België die dagen deden. Ik herinner me nog dat vader ook de week
voor Allerzielen in de weer was met “spic en span” om de graven van ouders en
grootouders af te schrobben. Belangrijk was toen ook om op het graf een pot met
chrysanten te plaatsen met zoveel mogelijk bloemknoppen in. Hoe meer
bloemknoppen hoe meer men de overledenen eerden, en vader telde de
bloemknoppen… In de Spaanse dorpen is het nu nog steeds een prestigekwestie,
hoe overdadiger het graf wordt versiert met grote en mooie bloemen des te
groter het aanzien van de familie.
Huesos |
Op 2 november wordt
in Spanje de Día de Muertos of Día de Difuntos of wat wij Allerzielen noemen gevierd.
Bij een Spaanse
feestdag horen natuurlijk ook de typische gerechten en zoetigheden. Zo ook voor
de “Día de todos los Santos". De bekendste zijn de Panellets, Huesos de
Santo en Buñuelos de Viento.
Panellets, volgens de traditie moesten in de nacht van 31 oktober op 1
november de klokkenluiders de doodsklokken heel de nacht laten luiden. Vrienden
en familieleden van de klokkenluiders kwamen dan deze calorierijke hapjes
brengen om ze goed wakker te houden voor het harde werk van die lange
nacht.
Een ander verhaal is
dat wanneer je op 1 november een panellet eet er een ziel bevrijd wordt uit de
hel. Er bestaan oneindig veel varianten, maar alle zijn op basis van marsepein
of amandelpasta, vrijwel allemaal bedekt met pijnboompitten. Ook wordt wel
gewerkt met hazelnootsnippers. Een bom vol calorieën, die je hier samen met de
gepofte kastanjes eet en wegspoelt met een glas zoete wijn.
Huesos de
Santo, letterlijk vertaald "Beenderen van de Heilige" zijn desserts
van marsepein. Ze hebben een lange, cilindrische vorm en hebben een enigszins
gegroefd oppervlak met suiker glazuur. De textuur is typisch marsepein, zodat
ze zacht en licht zijn van gewicht. Hoewel de oorspronkelijke Huesos de
Santo wit waren met zoete vullingen kan je ze nu ook vinden in verschillende
kleuren en verschillende vullingen zoals confituur, chocolade, praline of zelfs
yoghurt .De oorsprong van deze lekkernij gaat terug tot het begin van de
zeventiende eeuw, hoewel het gebruik van marsepein al bekend was in de tijd van
de Moorse overheersing.
Buñuelos de Vientoe zijn kleine deegbollen gemaakt van meel, boter en eieren die in het
olijfolie worden gefrituurd. De afgeronde vorm kan na enige oefening verkregen
worden met behulp van twee lepels De gefrituurde deeg verdubbelt bij het bakken
het volume, het is om deze reden dat zij de naam krijgen «de viento» (wind,
lucht). De Buñuelos de Vientoe worden via een kleine opening gevuld met zoete room, chocolade of
slagroom.
Wim Kuyps
Artikel verschenen in de Costakrant
Editie 29
27 oktober 2016