“Pedro el Pirata”, een legende uit Torrevieja.
De
legende van “Pedro el Pirata" is samen met de legende van “Tante Roqueta” één van de meest bekende legendes van
Torrevieja. Pedro "Piet Piraat" leefde in de negentiende eeuw aan de
rand van het oude stadsdeel van Torrevieja in een oud vervallen huisje. Pedro
was een oude, norse, onbeschofte en ongelovige man. Nooit ging hij naar kerk. De
mensen van Torrevieja gaven hem de bijnaam “el pirata”, niet omdat hij een
zeerover was geweest maar wel omdat hij in zijn jonge jaren een berucht
smokkelaar was geweest. Op een dag zag
Pedro een bange hond zijn huisje voorbij rennen op de vlucht voor een aantal
jongeren die de hond met stenen bekogelden. De oude vrouwen van het dorp
sloegen ook met stokken naar de hond waarvan niemand de eigenaar kende. Pedro
kon de jongeren wegjagen en de bange hond opvangen en kalmeren. Hij verzorgde de
wonden van de hond en gaf hem te eten en te drinken . De hond was na zijn genezing
zijn redder zo dankbaar dat hij altijd bij hem bleef. Door de vriendschap van
de hond verzachtte het karakter van Pedro.
De oude norse man begon te bidden en zocht terug de kerk op om God te
eren.
Pedro
leerde in de kerkgemeenschap een weduwevrouw kennen welke ook bij hem kwam
inwonen. Samen beleefde ze een mooie oude dag. Na verloop van tijd stierf echter
de trouwe hond en Pedro begroef hem achteraan in de tuin van zijn woning en
plantte er enkele bloemen bij.
Enkele
weken later stierf een buurmeisje aan tuberculose, de ouders huilde van
verdriet en Peter betuigde zijn medeleven aan de ouders. De moeder vroeg aan
Pedro om de laatste wens van het meisje te vervullen en de doodskist te vullen
met verse bloemen. Verse bloemen waren in die tijd in het warme Torrevieja erg
zeldzaam maar Pedro vertelde de moeder dat hij in zijn achtertuin een paar bloemen had geplant
welke hij wel wou halen. Twee mensen vergezelde hem naar zijn woning en daar aangekomen zagen ze vol verwondering dat
de tuin was gevuld met bloemen, vooral waar de hond was begraven groeide de
mooiste bloemen. Ze namen alle bloemen mee, vulde de doodskist en legde het
meisje op de mooiste bloemen.
Kort
daarna overleed weer iemand in een naburig familie. De familieleden wilde,
zoals bij het meisje, ook bloemen leggen in de doodskist maar Pedro vertelde
dat ze de vorige keer alle bloemen hadden geplukt en dat er zeker tot in het
komende voorjaar geen bloemen meer zouden bloeien. Desondanks ging de familie
van de overledenen toch naar het huis van Pedro om zelf vast te stellen of er
geen bloemen meer bloeide. Toen Pedro de deur naar de tuin openden zagen ze tot
hun aller verbazing dat de tuin rond het graf van de hond weer vol stond met de
mooiste bloemen. Ze plukte weer de bloemen en namen ze mee naar het huis van de
overledenen om de kist te versieren.
De
geburen van Pedro kende de geschiedenis van de hond en wisten wel dat het
trouwe dier de reden was waarom Pedro, die vroeger een norse man was geweest, aan
het einde van zijn leven een gezellig en goed mens was geworden. Ze begrepen
dat de hond niet haatdragend voor de mensen was en dat hij hun de mooie bloemen
had geschonken. De buren schaamde zich diep dat ze vroeger de hond van Pedro zo
onheus hadden behandeld.
Wim
Kuyps
Artikel verschenen in de Costakrant nr. 27