Menu

22 mei 2017

Open brief aan een inbreker en vandaal.

Voor ik terug start met de berichtgeving over de evenementen in deze mooie streek deze open brief aan een inbreker.

Jij kent me niet en ik jou niet. En misschien is dat maar goed ook.
Waarom je vorige week, terwijl wij genoten van een stedentrip naar Toledo, hebt ingebroken in ons huis, weet ik niet. Had je dringend geld nodig en zag je geen andere uitweg? Dat zou kunnen. Ben je door een harde jeugd en niemand die je liefde gaf in je kinderjaren op het slechte pad geraakt? (veel gebruikte argumenten in de rechtspraak). Of misschien ben je een verslaafde en is inbraak een makkelijke manier om aan geld voor deze smerigheid te geraken? Hoe moeilijk het ook voor me is, ik probeer toch te bedenken waarom je bij ons hebt ingebroken. Ik tracht te begrijpen waarom je een dief geworden bent. Maar dat lukt me eerlijk gezegd niet zo goed.
Dank zij een goed alarmsysteem ben je, bij nacht (verzwarende omstandigheden bij een veroordeling), maar een aantal minuten in ons huis geweest en heb je weinig kunnen meenemen, maar toch… je bent in ons huis geweest en dat is er al teveel aan.
Je gooide stenen naar onze hond, had het hem vriendelijk gevraagd hij zou je een pootje hebben gegeven.
Weet je wat ik al helemaal niet snap? Waarom moest je zo nodig ook nog eens de vandaal uithangen? Dat je het raam en de tralies stuk maakte kan ik nog begrijpen, anders geraakte je niet binnen. Maar waarom moest je de modem, de telefooncentrale, de alarminstallatie stuk slaan? Waarom spullen vernielen die je toch niet meenam? Gewoon een draadje uit het stopcontact trekken was meer dan genoeg geweest.  Heb jij dan werkelijk zo’n gemeen karakter dat je kickt op vernielen en kapot maken?
Ik ken jouw kant van het verhaal niet, maar hoe zou je het zelf vinden als iemand in jouw huis of het huis van je ouders zou binnenbreken en daar zo’n schade zou aanrichten? Ik heb altijd geleerd een ander niets aan te doen wat je zelf niet wilt. Een eenvoudig principe, maar het zegt voldoende.
Ik ben christelijk opgevoed en in onze jeugdjaren moesten we de catechismus van de Katholieke kerk van buiten leren. Zo moesten we ook de 10 geboden van buiten leren. Het achtste gebod leerde ons “Gij zult  niet stelen”. Er bestaan slechts twee rechtmatige manieren om in het bezit van iets te komen. De eerste is door een schenking, of een erfenis, van een ander mens. De tweede is door eerlijke arbeid, waardoor iets als rechtmatige terugbetaling wordt verkregen. Iedere andere manier is diefstal: iets wegnemen wat een ander toebehoort. Diefstal is geen eerlijke arbeid.
We hoorden dat je Arabisch sprak. Hoogst waarschijnlijk ben je een Moslim of ben je als Moslim opgevoed.
De Koran is helemaal niet mals voor wat jij deed, diefstal bij nacht: 
Koran 5:38 En snijdt de dief en de dievegge de hand af, als straf voor wat zij misdeden, een voorbeeldige straf van Allah. Allah is Almachtig…
Voor ons westerlingen gaat dat wel een beetje te ver.
Als je dieven hun hand afhakt dan moet je weer belastinggeld besteden aan hun uitkering, want mensen met een hand vinden moeilijker een baan. Als je mensen die gestolen hebben uitsluit van een uitkering veroorzaakt dat ook weer problemen. Als ze gehandicapt op straat moeten gaan bedelen omdat ze geen uitkering en geen baan hebben, gaan ze waarschijnlijk vroeger of later weer stelen. Dan blijf je bezig met handen afhakken.
O ja, sommige Moslims denken dat het stelen van ongelovigen (wij dus) is toegestaan, lees hierover even de literatuur op internet:
Wanneer een moslim het land van de ongelovige binnentreedt, is het alsof hij een veilige overeenkomst met hen aangaat. Dit wordt bekrachtigd door het afgeven van een visum dat hem toestaat het land binnen te treden. Als hij zich dus hun bezit onrechtmatig toe-eigent, dan verbreekt hij daarmee de overeenkomst tussen hen, naast het feit dat hij nog een dief is ook. (al-Boekhaarie en Aboe Daawoed)
Hopelijk loop je als beroepsdief ooit eens tegen de lamp en sluiten ze je op in de gevangenis, maar ook dat is twijfelachtig.
Na je inbraak is de waakzaamheid verhoogd, maar we willen ook gewoon blijven leven, zonder angst. We kunnen niet elke avond onze laptop en televisie mee naar bed nemen of verstoppen zodat je ze niet kan vinden. We hebben ook geen zin om onze deur te barricaderen als we even weg zijn. Nee, inbreker, als jij écht wilt, kom je overal binnen.
De dag na de inbraak hebben we het huis hersteld van jouw chaos, geen leuke onderneming. We kennen je niet, we hebben je geen toestemming gegeven, en toch was je in ons huis en pakte je ons bezit. Dat is fundamenteel verkeerd en een diskwalificatie van jou als medemens en -burger. Voor de spullen die je meenam hebben wij gewerkt, iets wat jij waarschijnlijk niet kent. Wat je persoonlijke omstandigheden ook zijn, ze verlenen je niet het recht om het veilige, vertrouwde thuis van anderen te bezoedelen met jou aanwezigheid.